Kenmerkend voor zwaardvis is de zeer lange, afgeplatte bovenkaak, die eruit ziet als een degen. Het zwaard neemt maximaal een derde van de lichaamslengte in beslag en het zit er bepaald niet voor de sier. Het dient als stabilisator tijdens het zwemmen en als wapen om een prooi dood te steken.
Zwaardvis komt voor in wateren warmer dan 13 graden Celsius. Zwaardvis voedt zich onder andere met makreel, tonijn en pijlstaartinktvissen.